Dividend: nu of niet?

11 november 2019

Recent is een wetsvoorstel gepubliceerd voor een extra heffing van inkomstenbelasting indien een DGA voor meer dan € 500.000 schulden aan zijn eigen vennootschap heeft. Het jaar 2022 klinkt nog ver weg, maar omdat het aanmerkelijk belangtarief in 2020 en 2021 verhoogd wordt, kan het aantrekkelijk zijn om nog in 2019 de rekening-courant af te bouwen.

Voorstel

In het wetsvoorstel wordt voorgesteld dat elke DGA die meer dan € 500.000 aan zichzelf heeft uitgeleend, te maken krijgt met een extra heffing van inkomstenbelasting. De inkomstenbelasting wordt geheven over het bedrag aan schulden aan de eigen vennootschap voor zover deze hoger zijn dan € 500.000. De schulden van de DGA bij de eigen vennootschap die kwalificeren als eigenwoningschulden voor box 1, tellen niet mee bij de berekening van het bovenmatige deel van de schuld. (Hypothecaire) leningen voor ander onroerend goed vallen wel onder de regeling.

Het gaat in het wetsvoorstel om alle schulden van de DGA, zijn partner en zijn kinderen aan zijn eigen vennootschap.

Verhoging tarief inkomstenbelasting

Dividenduitkeringen worden momenteel belast met 25% inkomstenbelasting. Het tarief wordt in 2020 verhoogd naar 26,25% en in 2021 naar 26,9%.

Voorbeeld: De heer Jansen is enig aandeelhouder van BV J. De DGA heeft per ultimo 2022 een schuld aan BV J van € 1,5 miljoen. Het bovenmatige deel van de schulden bedraagt na aftrek van het maximumbedrag € 1 miljoen en wordt belast met 26,9% inkomstenbelasting. De in 2022 hierover verschuldigde inkomstenbelasting bedraagt € 269.000.

Indien de heer Jansen al in 2019 overgaat tot een dividenduitkering van € 1 miljoen, bespaart hij maar liefst € 19.000 aan inkomstenbelasting. Hier staat echter tegenover dat de liquide middelen niet meer in de vennootschap aanwezig zijn en dus niet voor een ander doel gebruikt kunnen worden. Eerder dividend uitkeren dan gepland hoeft niet voordelig te zijn.

Dubbele belastingheffing

De betaalde inkomstenbelasting wordt in het huidige wetsvoorstel niet in mindering gebracht wanneer op een later moment alsnog de schuld aan de aanmerkelijk belanghouder wordt afgelost. Dit betekent dat dan nogmaals 26,9% belasting dient te worden afgedragen. Per saldo wordt er dan 53,80% belasting geheven over de dividenduitkering!

Afbouwen rekening-courant

Om de rekening-courant af te bouwen dient de vennootschap wel over voldoende liquiditeiten te beschikken. De belasting moet immers worden betaald. Ook dient de onderneming genoeg vermogen te behouden om aan haar kortlopende verplichtingen te blijven voldoen.

Andere mogelijkheid is de schulden te herfinancieren bij de bank zodat er per saldo geen liquide middelen hoeven te worden aangewend om de rekening-courant te verminderen.

Hoe nu verder?

Het is zinvol om te inventariseren in hoeverre het wetsvoorstel jouw situatie raakt en hoe hier mee om te gaan. Gelet op de tariefstijging in box 2 kan het een overweging zijn nog in 2019 dividend uit te keren tegen het momenteel geldende tarief van 25%. Door de verhoging van het aanmerkelijk belang-tarief en de aankomende maatregel om rekening-couranten en leningen boven de € 500.000 te belasten in 2022 kan het verstandig zijn om nog in 2019 (een deel van) de rekening-courant af te bouwen door middel van een dividenduitkering.

Wil je weten wat voor jou de gevolgen zijn?

Neem dan contact op met Marieke van der Veer (088 – 3210 761)